Read this blog in:
Wat nadien?
Het zal je niet verbazen als ik je zeg dat bij alle ESRs de stress gevoelig begint te stijgen nu we het einde van ons doctoraat naderen. Het lijkt pas gisteren dat we elkaar voor het eerst ontmoetten in Frankfurt am Main, Duitsland, op een zachte zomeravond ergens begin september 2018. De drie voorziene jaren lopen echter op zijn einde, en dus beginnen we ons af te vragen: wat nu?
De laatste loodjes
Zoals netjes opgelijst in Ina Meuskens’ laatste blogpost, bestaat het takenpakket van een doctoraatstudent uit meer dan de gewoonlijke experimenten. Vooral naar het einde toe kan het wel eens druk worden. De komende maanden zijn dan ook gevuld met workshops, vergaderingen, en conferenties. Wie wil er nu niet nog een laatste keer zijn onderzoek presenteren? Het spreekt voor zich dat al deze momenten heel wat voorbereiding vergen: het schrijven van samenvattingen, het ontwerpen van wetenschappelijke posters, of het voorbereiden van mondelinge presentaties.
Alhoewel het samenvatten en schrijven van je eindwerk natuurlijk cruciaal is om te kunnen afstuderen, geeft het publiceren van je jarenlange onderzoek in een (hopelijk hoog aangeschreven) wetenschappelijke tijdschrift nog meer voldoening. Alsof dat nog niet genoeg werk is, ben ik verder ook medeverantwoordelijk voor de organisatie van een afsluitende ViBrANT-conferentie. Om al het bovengenoemde (en nog meer) te kunnen bolwerken en om een deel van de verloren tijd (lockdowns) goed te maken, kregen de meeste ESRs gelukkig enkele maanden contractverlenging aangeboden.
Hoe vol je agenda er ook mag uitzien, elke ervaring die je opdoet, maakt je stuk voor stuk waardevoller als wetenschapper. Tijdens deze laatste drukke periode begint er bovendien een prangende vraag op te borrelen: waar zie ik mijzelf binnenkort aan het werk?
Wat maakt jou uniek?
Je begint best voldoende op voorhand na te denken over je toekomstplannen (ja, nog meer stress). De eerste vraag die ik mijzelf daarbij stel klinkt misschien eenvoudig, maar is allesbehalve makkelijk te beantwoorden: blijf ik actief in de academische wereld of streef ik een carrière na in de bedrijfswereld? Een tweede cruciale vraag zou zijn: blijf ik in Duitsland, breng ik mijn expertise mee terug naar België, of kijk ik verder dan deze twee opties?
Ongeacht het antwoord, is het belangrijk om even na denken over je eigen talenten, vaardigheden en verlangens. Wat motiveert jou elke dag opnieuw? Onlangs nam ik deel aan een workshop genaamd ‘Career Compass’. Deze twee dagen bezorgden mij geen concrete antwoorden, maar maakten mij wel bewust van enkele van mijn persoonlijke aspecten en waarden. Het gaf me de tijd om even stil te staan bij mijzelf in deze drukke periode.
Ik ben er persoonlijk van overtuigd dat de omgeving waarin je terechtkomt, er een moet zijn waar je jezelf kunt zijn en je steeds opnieuw met volle goesting aan je werkdag wilt beginnen. Hopelijk nemen ik en al mijn collega’s snel de ‘correcte’ beslissing.